PUBLICATIES

FAISEL SARO
 

Dagblad van het Noorden 2023

 

Dagblad van het Noorden - Foto: Jan Willem van Vliet - Artikel: Joep van Ruiten.

 

 

Beeldend kunstenaar Faisel Saro vangt de geest van het Noorderplantsoen. 'Mijn lichaam is mijn artistieke kompas'

 

Zoals gebruikelijk is tijdens het Noorderzonfestival in Groningen ook beeldende kunst te zien. Faisel Saro maakte een installatie over ‘de geest’ van het Noorderplantsoen.

Faisel Saro bij zijn kunstwerk 'Genius Loci' in het Noorderplantsoen in Groningen. 

 

Dat ‘de geest’ bestaat, leidt weinig twijfel. Maar exact vaststellen wat ‘de geest’ is, is een ander verhaal. Wetenschappelijk is het tot dusver niet gelukt. Maar wie er gevoelig voor is en zich ervoor openstelt, denkt het te kunnen.

Faisel Saro (Curaçao, 1974) ís gevoelig. Een kwestie van aanleg en opvoeding, wellicht. Als kind werd hij door zijn grootvader de beginselen bijgebracht van Winti, de Afro-Caraïbische religie waarbij alles met alles is verbonden. Maar het is ook een kwestie van pech. Saro heeft een verkeersongeluk gehad waarbij hij op zijn gezicht is gevallen.

,,Daardoor ben ik een tijdje in een isolement terechtgekomen”, vertelt hij. ,,Ik kreeg duizelingen waardoor ik flauw kon vallen. Soms leek het alsof ik iets waarnam wat er helemaal niet was. Vanbinnen was er heel wat aan de hand. Nog steeds heb ik last van kleine bloedingen in mijn ogen. Soms zie ik wazig.”

‘Mijn lichaam is mij artistieke kompas’

Zijn fysieke gesteldheid heeft Saro extra bewust gemaakt van zijn lichaam. 

Tijdens zijn opleiding aan academie Minerva begon hij daar zijn voordeel mee te doen. ,,Mijn lichaam is mij artistieke kompas. Wat ik voel en ervaar, probeer ik zichtbaar te maken met behulp van tekens en symbolen. Ik teken dingen die er zijn, maar die je niet meteen ziet”, zegt hij.

 

Saro heeft met grote lappen textiel de geest van een plek proberen te vangen door zich te verdiepen in de geschiedenis van het Noorderplantsoen. Foto: Jan Willem van Vliet

In de aanloop naar het Noorderzonfestival maakte Saro wandelingen door het Noorderplantsoen om de ziel van het terrein te vangen en die vervolgens vast te leggen. Normaliter zou hij dat doen op papier. Dit keer heeft hij grote lappen textiel gebruikt, die aan masten zijn gespannen – 11 bij 30 meter omvat zijn installatie.

Een lijnenspel van mensen die komen en gaan

Genius Loci heet het werk. Saro heeft de geest van een plek proberen te vangen door zich te verdiepen in de geschiedenis van het plantsoen – ooit lagen er stadswallen. En door kijken hoe het terrein nu wordt gebruikt. ,,Mensen komen er om iets te verwerken, om met elkaar te praten, voor vertier. Ze komen en gaan. Dat levert een lijnenspel op met verschillende lagen.”

In de regel maakt Saro intieme tekeningen en sculpturen waar een onoplettende kijker makkelijk aan voorbij kan gaan. ,,Helemaal als er iets groots in de buurt staat, met schreeuwerige kleuren”, lacht hij. Vrees dat Genius Loci ondersneeuwt als het Noorderzonfestival in volle gang is, heeft hij niet. ,,Daar wordt het alleen maar mysterieuzer van.”

 

.

Genius Loci is t/m 27 augustus te zien op de hoek van de Moesstraat en de Kruissingel in Groningen. Faisel Saro geeft dagelijks om 17.30 uur een korte presentatie bij de installatie.

 

Bron: Dagblad van het Noorden 

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

Kunstpunt Magazine 2023

 

Kunstpunt Groningen Magazine - Artikel Dinnis van Dijken - Foto: Hanne van der Velde

 

IN HET ATELIER VAN FAISEL SARO

Met zijn werk voor de culturele manifestatie Bitterzoet Erfgoed heeft Faisel Saro (Willemstad (Curaçao), 1974) zichzelf stevig op de kaart gezet als kunstenaar. Dit jaar is hij door Kunstpunt Groningen en Noorderzon geselecteerd als kunstenaar om een nieuw kunstwerk te maken voor het Noorderzon Festival of Performing Arts & Society. In zijn atelier vertelt hij over zijn werk en hoe hij zich op zijn aankomende project voorbereidt.

Waar gaat jouw kunstpraktijk over en wat is de trigger voor jou om een nieuw werk te maken?
“In mijn kunstpraktijk werk ik in het spanningsveld tussen historische contexten en invloeden die een kracht uitoefenen op het lichaam en daarin hun sporen achterlaten. Als gevolg van een langdurig ziek-zijn ontwikkelde ik het hyper esthetisch-emotioneel syndroom (HES), wat inhoudt dat ik een lichamelijke gevoeligheid heb voor plekken met een turbulente of gewelddadige geschiedenis. Op deze locaties kan ik duizelig worden, beginnen te rillen of zelfs flauwvallen. Een ervaring als deze is voor mij de trigger om een onderzoek te beginnen naar de geschiedenis van zo’n locatie. Dit onderzoek vormt de basislaag voor een nieuw kunstwerk. Mijn lichaam functioneert zodoende als een kunstzinnig kompas in mijn werkproces."

 

“Normaal maak ik vrij kleine werken, nu kan ik dingen opblazen en echt overdrijven."

Hoe zou jij jouw werken beschrijven? 
"Mijn tekeningen neigen naar het abstracte en kunnen wat raadselachtig overkomen, maar in feite maak ik een inventarisatie van tekens die zich in mijn eigen lichaam openbaren. Al onderzoekend probeer ik deze een betekenis te geven. Ik gebruik allerlei materialen; potlood, acrylverf, fotoprints en pemba doti (een witte klei). Ik bouw mijn tekeningen in lagen op en ik gebruik vaak mensfiguren als basis waarin al die lagen zich manifesteren. Mijn tekeningen zijn een wervelwind van allerlei soorten informatie. Ik wil dat ze zich uiteindelijk net als een aura gedragen en op die manier binnen één beeld kunnen verhalen over dingen als karakter, historie en spiritualiteit. Mijn sociale sculpturen gebruiken een beeldtaal die vaak makkelijker te waarderen is zonder dat het extra uitleg nodig heeft. Ik duid deze werken aan als sociale sculpturen omdat de beelden vooral gaan over de relaties en gedragingen van mensen onderling. Ik wil dat we leren van de geschiedenis en dat we hier constructief over nadenken, anders zal het onze collectieve ondergang worden."

Hoe ben je je momenteel aan het voorbereiden voor Noorderzon en wat houdt het talentprogramma Noorderzon ART in? 
"Ieder jaar wordt een kunstenaar geselecteerd die de kans krijgt om een werk in de publieke ruimte op het Noorderzon Festival te maken. Hierbij wordt ik gaandeweg door Kunstpunt begeleid tot en met de realisatie van het kunstwerk. Ik mag een grote, tijdelijke installatie maken die ook na afloop van het festival op andere plekken kan worden ingezet. Voor elke stap in het ontwikkelingsproces is ongeveer een maand uitgetrokken. Momenteel zit ik nog in de beginfase waarin ik veel schetsen maak en onderzoek doe. Een van de thema’s voor deze opdracht was dat het onderwerp van het kunstwerk te maken zou kunnen hebben met de klimaatproblematiek, wat sowieso in mijn werk veel naar voren komt omdat ik in Winti geloof. Een van de basisprincipes van Winti is dat we geloven dat alles in de wereld een ziel heeft. Zodoende hebben we veel respect voor de natuur. Door deze zienswijze toe te passen in mijn leven en mijn werk is dit al snel iets wat tegen het westerse denken aan schuurt en het problematiseert.” 

Wat brengt een opdracht als deze jou als kunstenaar dat je normaal niet zou kunnen doen?

“Ik wil mensen een andere zienswijze meegeven met mijn werk. Op Noorderzon heb ik toegang tot een veel groter publiek dan je doorgaans kan verwachten op de opening van een expositie in een traditionele white cube-galerie. Daarbij is het dé kans voor mij om veel groter te werken. Normaal maak ik vrij kleine werken waarbij ik als kunstenaar inzet op visuele strategieën die een zuigende werking op de toeschouwer hebben. Nu kan ik dingen opblazen en echt overdrijven, wat een hele andere aantrekkingskracht heeft.”

Wat heb je nu zoal onderzocht?

“Ik heb een aantal plekken uitgekozen in het Noorderplantsoen die voor mij een persoonlijke betekenis hebben en deze gebruik ik als vertrekpunt voor mijn verdere onderzoek. Zo doe ik nu een historisch onderzoek in de Groninger Archieven en Beeldbank Groningen. Ik zoek naar de verbindingen tussen de geschiedenis en het heden en ik probeer een dialoog aan te gaan met de context waarin ik mij bevind. Mensen hebben het idee dat verbinden betekent dat je alleen naar de overeenkomsten kijkt, maar als je op die manier te werk gaat maak je alles al snel te homogeen. Individuele verhalen scheppen rijkdom en geven ons nieuwe inzichten en perspectieven op de wereld. Ik wil mensen ook niet overtuigen dat mijn perceptie de enige manier is om de wereld te zien, ik wil ze gewoon een alternatief laten zien. Het mooie aan het kunstenaarschap is dat het mij ook zelf een nieuw kader heeft gegeven om de wereld om mij heen te zien. Dat geef ik mensen ook graag mee bij het beleven van mijn werk.”

De installatie van Faisel Saro is van 17 t/m 27 augustus 2023 te bezichtigen op het Noorderzon Festival. 

Bron: Kunstpunt Groningen Magazine  >>

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

Kunstpunt website 2022

 

Kunstpunt Groningen - Artikel Dinnis van Dijken - Foto: Hanne van der Velde

 

EEN KIJKJE IN HET ATELIER VAN FAISEL SARO

De meeste mensen denken dat alle kunstenaars meteen na de middelbare school naar de kunstacademie gaan om het vak te leren, maar in werkelijkheid zijn er veel kunstenaars die eerst andere studies en carrières hebben gehad voor ze besluiten om alsnog de kunst in te gaan. Faisel Saro (Willemstad, 1974) werkte in een verpleeghuis, was leidinggevende bij de Belastingdienst, maakte vervolgens de sprong naar het kunstenaarschap en was recentelijk een drijvende kracht achter de culturele manifestatie Bitterzoet Erfgoed. Wij spraken hem in zijn atelier over zijn carrièrepad en zijn kunstpraktijk.

"De overgang van Suriname naar Groningen was als zesjarige een groot moment voor mij. Van een groene, organische wereld ging ik naar een betonnen flatgebouw in een omgeving waar elke boom planmatig is neergezet. Toen besefte ik al dat mensen net zo goed door de architectuur worden gevormd als door hun sociale kringen. Vinkhuizen is een typisch voorbeeld van alle wijken die in de jaren zestig werden gebouwd. Alle wijken uit die tijd delen eenzelfde blauwdruk en zijn eigenlijk doodsaai om in te wonen. De enige manier om met die saaiheid om te gaan is door je creativiteit aan te spreken. Daarom was ik als klein jongetje altijd al aan het tekenen en knutselen. Ik gebruikte zelfs mijn eigen lichaam om te tekenen, want als je een zwarte huid hebt en je in contact komt met het harde water hier in Nederland, dan droogt je huid zo uit dat je erop kan tekenen.

 

MIJN OPA ZEI ALTIJD TEGEN MIJ: "ALS JE OP WEGEN LOOP WAAR JE NIET MOET LOPEN, DAN SLAAN DE WINTI JOU DAAR WEG"

Op school vlotte het niet zo omdat ik mij onbegrepen voelde. Pas toen ik in een verpleeghuis begon te werken, merkte ik dat ik toch niet zo stoer was en bleek dat ik veel meer om mensen gaf en gevoeliger was dan eerder gedacht. Het was ook ongeveer rond die tijd dat ik ineens heel ziek begon te worden. Dat escaleerde zo erg dat ik zelfs drie maanden in quarantaine heb gelegen en bijna niet meer kon lopen. Ik werd gediagnosticeerd met MCTD, een bindweefselaandoening. Ik ben altijd de sterkste, stoerste en fitste geweest en nu moest ik ineens hetzelfde lichaam smeken om maar de kleinste bewegingen uit te voeren. Een ervaring als deze verandert hoe je in het leven staat en voor mij gelijk was aan een wedergeboorte. Het zorgde ervoor dat mijn leven een drastische verandering doormaakte. Ik kwam meer in contact met de spirituele kant van het leven en ik heb mij gefocust op het verbeteren van mijn leven. Ik begon te werken bij de Belastingdienst en werkte mij op tot leidinggevende. Ik kreeg een zoon en woonde samen. Maar toch heb ik altijd de droom gekoesterd om naar de kunstacademie gaan, wat vervolgens alles weer onder druk zette. Maar na een verkeersongeval besloot ik om mijn ontslag in te dienen en om mij in te schrijven voor de opleiding Autonoom Beeldende Kunst aan Academie Minerva. Daar werd het lichaam meteen mijn onderwerp, zeker omdat ik nog heel erg bezig was met mijn eigen herstel. Mijn Opa, die mij in de eerste jaren van mijn leven heeft opgevoed en sjamaan is, zei altijd tegen mij: "Als je op wegen loop waar je niet moet lopen, dan slaan de Winti jou daar weg". Ik interpreteerde daarom ook het laatste ongeluk als een teken dat ik niet op de juiste route was.

 MIJN LICHAAM FUNCTIONEERT ZO'N BEETJE ALS EEN KUNSTZINNIG KOMPAS.

In mijn kunstpraktijk werk ik in het spanningsveld tussen historische contexten en invloeden die een kracht uitoefenen op het lichaam en daarin diens sporen achterlaten. Meestal gebruik ik tekeningen om dit onderwerp te verkennen, maar de laatste tijd ben ik ook met sociale sculptuur bezig. Mijn tekeningen neigen naar het abstracte en kunnen wat raadselachtig overkomen, maar in feite maak ik een inventarisatie van tekenen die zich in mijn eigen lichaam openbaren en zodoende probeer ik ze een betekenis te geven. Mijn lichaam functioneert zo'n beetje als een kunstzinnig kompas. Als gevolg van het langdurig ziek zijn kreeg ik last van Hyperesthetisch-Emotioneel Syndroom en dit houdt in dat ik een gevoeligheid heb voor bepaalde plekken waar bijvoorbeeld veel geweld heeft plaatsgevonden. Ik kan op een dergelijke plek duizelig worden, beginnen te rillen of zelfs flauwvallen. Nadat zoiets is gebeurd, doe ik onderzoek naar wat daar heeft plaatsgevonden en dit verwerk ik dan weer in mijn kunst om hier een betekenis aan proberen te geven.

Veel aspecten in mijn werk hebben ook te maken met mijn afkomst. Helaas kan ik mijn afkomst maar beperkt traceren omdat mensen in de slavernij alleen een voornaam hadden. Het verste dat ik terug kan kan is Magdalena Saro, zij was de eerste met Saro als achternaam. Verder is mijn grootvader is altijd mijn grote voorbeeld geweest en ik probeer met eenzelfde intentie, ook in de kunst, te werken als hij dat altijd heeft gedaan. Ik vind het belangrijk om de wereld te helpen. Ik werk met de overtuiging dat mijn kunstwerken de toeschouwer dingen laten zien. We leven in een wereld waar de ratio voorop staat en de rest wordt afgeschilderd als zweverig en vrouwelijk, terwijl je juist daar heel veel kracht uit kan putten."

 

Het werk van Faisel Saro is vanaf 21 oktober te zien in het Museum Volkenkunde (Leiden), in de groepstentoonstelling Kaarten: Navigeren & manipuleren. Daarnaast vind je meer van zijn kunst op zijn website.

Open galerij

Bron: Kunstpunt Groningen website >>

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

Groninger Museum Magazine 2022

 

Groninger Museum magazine - Artikel: Peter Dicke - Foto: Christopher Smith

 

Faisel Saro is een van de kunstenaars die tijdens Bitterzoet Erfgoed zijn werk presenteert in het Groninger Museum. Voor hem is het slavernijverleden geen abstract gegeven, maar iets wat tot op de dag van vandaag nog heel dichtbij is: “Mijn overgrootvader was een kind van een tot slaaf gemaakte.”

Faisel Saro, ook bekend onder zijn artiestennaam Faizki, werd in 1974 geboren in Willemstad (Curaçao), maar zijn roots liggen ergens anders: “Ik ben een Surinaams jongetje, met een Surinaamse moeder en een Surinaamse biologische vader. Toen de relatie tussen mijn ouders stukliep, besloot mijn moeder een betere toekomst op te bouwen in Nederland en mijn opvoeding voor een aantal jaren uit te besteden aan haar ouders.” En zo belandde hij als eenjarige bij zijn grootouders in Suriname, terwijl zijn moeder met zijn oudere zus naar Groningen ging om te studeren. “Na vijf jaar had ze haar leven goed op de rit, met een baan en een huis, en werden we als gezin weer herenigd. Sindsdien ben ik dus Stadjer.”

 

Zijn kunstenaarschap kreeg pas echt handen en voeten op zijn 34e, toen hij besloot naar de kunstacademie te gaan. Daar ging een roerige periode aan vooraf: “Ik kwam toen tot het inzicht dat ik nu écht wilde gaan doen wat ik altijd al had willen doen: kunstenaar worden.” In 2013 studeerde hij af aan Academie Minerva in de richting Autonoom Beeldende Kunst.

Groningse manier
Nu verhoudt hij zich met zijn kunst tot het slavernijverleden van Groningen. Faisel is blij dat ook ‘zijn’ stad nu aan de slag is met dit thema, maar hoopt wel dat dit gebeurt op een wijze die past bij het Noorden: “We moeten echt zoeken naar onze Groningse manier om hiermee om te gaan. In het Westen wordt, als het over het slavernijverleden gaat, de thematiek breder gedragen. Vanwege een andere culturele samenstelling is men sterker georganiseerd en is er meer draagvlak. Ik denk dat wij in Groningen meer bij onze individuele beleving komen en dat we dat ook graag willen; dat past bij ons.” Door het tonen van zijn individuele ervaringen denkt Faisel meer bewustwording te bereiken bij de Noorderlingen die steviger vasthouden aan culturele tradities. Voor Faisel is zijn individuele beleving ook geworteld in het feit dat zijn eigen familie een slavernijverleden heeft: “Mijn overgrootvader was een kind van een tot slaaf gemaakte. Daarmee voelde slavernij in onze familie, in ons gezin, altijd nog heel dichtbij. Dit verleden werd ook niet weggestopt. Als mijn grootouders op bezoek waren in Nederland hingen wij als kleinkinderen aan hun lippen: we konden overal naar vragen.” Die nieuwsgierigheid is gebleven, ook bij Faisels zus, Nghitti: „Zij heeft een paar jaren geleden een onderzoek gedaan naar onze roots, wat veel bijzondere verhalen opleverde, die ze toen heeft opgeschreven. Het is de bedoeling dat er een boek van komt.”

Krabbenmentaliteit
Met de kunst die Faisel toont in het museum blijft hij dicht bij zichzelf, ook letterlijk: zoals in al zijn werk staat zijn eigen lichaam centraal. Zo zijn het in het werk Sociaalsculptuur 2.1 ‘zijn’ handen die je ziet. Het werk is gebaseerd op de krabbenmentaliteit, waarbij het draait om het principe van een bak vol krabben, waaruit geen krab ontsnapt, omdat iedere krab die de rand bereikt, onmiddellijk door een andere weer naar beneden wordt getrokken. Een fenomeen dat zich vroeger ook op de plantages voltrok, zo stelt Faisel: “Een klein aantal blanke bezitters kon soms wel duizenden slaven onder controle houden met behulp van een verdeel-en-heerssysteem, waarbij de ene slaaf de andere verraadde, wanneer die bijvoorbeeld probeerde te ontsnappen.” Sporen van die krabbenmentaliteit ziet hij nog wel eens terug bij de Surinaamse gemeenschap in Groningen: “Ik heb soms het idee dat we helemaal niet constructief kunnen samenwerken.”

In het videowerk Keloïd – genoemd naar de gelijknamige bindweefselvorming die je krijgt wanneer zich een litteken vormt – staat zijn lichaam nog meer centraal. De camera staat gericht op Faisels rug. Wanneer hij inademt worden de littekens zichtbaar van scheldwoorden die hij in Groningen heeft moeten aanhoren: ‘nikker’, ‘zwarte’, ‘aap’, ‘blauwe’. “Toen ik voor het eerst ‘blauwe’ hoorde, als 16-jarige, wist ik niet eens wat dat was. Mijn beste vriend Tim moest het me uitleggen: ‘Dat zeggen ze tegen mensen die zo zwart zijn, dat het blauw uitslaat’. Ik werd dus eigenlijk geleerd hoe ik gediscrimineerd werd, ik kende het niet eens. Gek hè?” Anders dan bij zijn voorouders, die met zichtbare littekens van zweepslagen rondliepen, zijn de littekens van nu, veroorzaakt door discriminatie en racisme, veel minder zichtbaar. Maar ze zijn er wél, iets wat met dit werk inzichtelijk wordt gemaakt.

Het raakt ook aan wat Faisel met zijn kunst hoopt te bereiken: “Als kunstenaar wil ik mensen verbinden, door iemand via het aanschouwen van mijn kunst bewust te maken van zijn positie ten opzichte van anderen. Ik hoop met mijn kunst de wereld wat beter te maken.” Hij lacht: “Er zit een echte idealist in me.” G In de Akerk is nóg een werk van hem te bezichtigen tot en met 1 juli.

Voor alle informatie, zie bitterzoeterfgoed.nl., 

Bron: Groninger Museum Magazine >>